Test Volkswagen ID. Buzz populaire reïncarnatie van de oer-bus

Volkswagen plaagde ons al zo’n twintig jaar met concepten van een reïncarnatie van de oer-bus. Nu is ‘ie er eindelijk. Uiteraard elektrisch. En dus verdient de Buzz een test op hét e-mobility platform van Nederland.

Veel gehoorde kritiek op het verschijnen van de Buzz ging over zijn prijs. Als we daar eens mee starten. De Buzz kost 70.000,- euro. Da’s inderdaad een beste schep geld. Maar als we eens kijken naar wat er te koop is, met ongeveer evenveel binnenruimte, MPV-functionaliteiten en voorzien van een degelijke elektrische aandrijflijn, dan is er niet veel voor vergelijkbaar geld, dezelfde ruimte en een even grote accu verkrijgbaar. Voor die zeventig mille levert Volkswagen de Buzz met een 77 kWh accu, en 204 pk sterke aandrijflijn. Ja, je zou met een beetje verbeelding de Tesla Model Y kunnen vergelijken met de Buzz, maar dat is toch echt een auto met een totaal ander karakter, met minder ruimte. Een Model X komt qua ruimte zeker in de buurt van de Buzz, maar kost veel meer. Mercedes levert een EQV, met een grotere accu, met evenveel vermogen, een kleinere actieradius en een hogere prijs. Waarschijnlijk komt de kritiek op de prijs van de Buzz voort uit het gegeven dat de techniek overeenkomstig is met de ID.3 en ID.4. En die kosten nou eenmaal minder.

De Buzz is serieus populair

Die techniek bestaat uit een enkele elektromotor van 204 pk en een accu van 77 kWh. Later volgen andere versies. Denk aan varianten met twee motoren, en andere accu formaten. Overigens volgt ook een camper en een langere versie. De bedrijfsvariant is inmiddels leverbaar, voor 47.430,- euro. Da’s dan weer wel flink meer geld dan een kale Volkswagen Transporter kost, maar goed, daar hangt dan ook een eenvoudige dieselmotor in. Het is wel wachten op de leveringen; de Buzz is serieus populair en dat levert vertraging op. Dat ‘ie zo populair is, lijkt niet meer dan logisch. De Buzz ziet er zonder meer bijzonder geslaagd uit. Het is lange tijd geleden dat we zo veel aandacht kregen met een auto. Bovendien, allemaal positieve aandacht. Volkswagen heeft de verwijzingen naar het oer-model op de juiste manier toegepast. Een dik Volkswagen-embleem in de snuit maakt meteen duidelijk met welk merk we te maken hebben. Die voorkant ziet er erg fors uit, maar da’s vooral optisch.

Het is lange tijd geleden dat we zo veel aandacht kregen met een auto

Volkswagen heeft een heus bus-gevoel in het rijkarakter weten te creëren. Je moet een trede nemen om in te stappen, de stoelen voelen lekker fors aan en je kijkt door een groot voorraam, dat bovendien lekker ver weg staat. Het zicht rondom is goed, mede doordat het voorraam vrij rechtop staat. Volkswagen had wel wat meer grappige vondsten in het interieur mogen toepassen. Van die leuke verrassingen, waar ook Tesla om bekend staat. Het multimediasysteem vraagt nog steeds om gewenning. Alles laat zich bedienen via het aanraakscherm. Fysieke knoppen zijn prettiger in het gebruik. Overigens realiseert Volkswagen die ook. Onlangs werd bekendgemaakt dat het volgende systeem wel over enkele fysieke knoppen zal beschikken.

De bagageruimte is serieus van formaat

Om het bus-gevoel verder te onderstrepen, had het interieur voorzien moeten zijn van een meer flexibel meubilair. De achterbank kan in delen worden ingeklapt, maar mooier was geweest als je het meubilair bijvoorbeeld ook in één beweging kon uitnemen, of dat het de stoelen in de vloer konden worden opgeborgen. Hoewel zo’n systeem nogal uitdagend is bij een elektrische auto, omdat in diezelfde vloer een flinke accu verborgen zit. De bagageruimte is echt serieus van formaat. Zo groot zelfs, dat Volkswagen een soort ‘verkleiner’ levert. Een dubbele vloer, die je kan opklappen, waarmee je spullen kan klem zetten. Fijn is de achterklep die erg hoog opent, zodat je niet je hoofd stoot aan de sluiting. Ook prettig is de extreem korte draaicirkel, hetgeen het gevolg is van het ontbreken van een elektromotor voorin. De Buzz heeft achterwielaandrijving, omdat de enige aanwezige elektromotor achterin zit, in de vloer, achter de accu. Doordat de voorwielen geen aandrijfassen hebben, kunnen de wielen relatief ver uitdraaien, en dat verkleint de draaicirkel flink.

De ID. Buzz maakt indruk met zijn verfijnde rijeigenschappen. De aandrijflijn voelt soepel aan, de krachtsafgifte gaat mooi vloeiend, net als het regenereren. Al zou dat regenereren best wat stevig mogen. De ID.-aandrijflijn kent slechts twee standen in het terugwinnen van energie; aan of uit. Fijner wat een extra stand, die het one-pedal driving nog wat beter toepasbaar zou maken.

Tekst: Werner Budding

 

Vorig artikelQuantumScape levert eerste prototypes solid-state accu’s
Volgend artikelTo swap, or not to swap?

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in