Tankstations missen mogelijk de boot bij transitie naar elektrisch rijden

tankstations transitie elektrisch rijden

De VPNI (Vereniging Nederlandse Petroleumindustrie) heeft onderzoeksbureau Berenschot gevraagd een outlook voor tankstations op te stellen, waarvan de resultaten deze week gezamenlijk werden gepresenteerd. Uit het onderzoek blijkt dat de transitie naar elektrisch rijden voor veel tankstations een flinke uitdaging wordt.

Eigen schuld?

Wat duidelijk is, is dat er over 10 à 15 jaar een groot deel van de nieuw verkochte auto’s elektrisch zal zijn. Men verwacht dat in 2035 meer dan de helft van de auto’s elektrisch zal zijn. De meeste eigenaren van elektrische auto’s laden hun voertuig thuis op. Ook worden veel elektrische auto’s op het werk opgeladen, of bij een publieke laadpaal. Een auto met verbrandingsmotor kun je niet thuis, op het werk of bij een wegrestaurant of supermarkt tanken. Maar een elektrische auto kun je wél bijna overal opladen. Dat betekent een enorme inkomstenderving voor de tankstations.

Snelladen

Wie de elektrische auto onderweg op moet laden en haast heeft, kan bij een snellader terecht. Dat zou je dan wel bij een tankstation kunnen doen. Maar de meeste snelladers langs de doorgaande weg bevinden zich weliswaar vlak bij een tankstation, maar worden niet door dat tankstation geëxploiteerd. Die laadpalen zijn er meestal door andere maatschappijen neergezet. De tankstations zullen dat als oneerlijke concurrentie zien maar ze hadden zelf natuurlijk ook in snelladers kunnen investeren. Een klein beetje eigen schild, dikke bult, wat ons betreft. Er worden enorme bedragen in de e-mobiliteit geïnvesteerd en wie niet meedoet, mist simpelweg de boot.

Waterstof en alternatieve brandstoffen

Waterstof wordt in het onderzoeksrapport gezien als een brandstof die mogelijkheden voor de tankstations biedt. Tankstations zouden hun bestaande infrastructuur kunnen aanpassen om deze voor waterstof of andere alternatieve (synthetische) brandstoffen geschikt te maken. Ze staan ook op gunstige locaties en kunnen aan alle veiligheidseisen voldoen. Maar dat is niet dé oplossing. De behoefte aan waterstof is de komende jaren nog zo gering, dat die omzet te verwaarlozen is bij wat de tankstations nu aan benzine en diesel omzetten.

Tankstation van de toekomst

De verkoop van conventionele brandstoffen is tegen die tijd nog zeker niet is gestopt. Ook zullen er andere brandstoffen in omloop zijn. Daarnaast zullen veel tankstations ook snelladers bieden. Daarnaast kan een tankstation, wat we tegen die tijd beter een energiestation kunnen noemen, nog meer bieden. Wie wel eens een uur bij een snellader op een nagenoeg verlaten, sfeerloos parkeerterrein heeft gestaan, zal dit wel begrijpen. Bij een tankstation kom je vaak niet alleen voor de energie, maar ook voor de meerwaarde.

Meerwaarde

Een tankstation biedt ook de mogelijkheid om een kop koffie of een broodje te halen, of wat lekkers of een krantje. En iemand die je vriendelijke gedag zegt. Misschien kan een tankstation zelfs wel een speciale werk- of wachtruimte inrichten voor de mensen die wachten tot hun auto voldoende geladen is. Dankzij dat stukje retail én de sociale functie – want ook elektrische rijders waarderen menselijk contact – kan een tankstation ook in de toekomst nog een functie voor de automobilist vervullen. Het onderzoek van de VPNI staat hierin niet alleen. Ook Aral, de grote Duitse exploitant van tankstations, is al enige tijd bezig met een onderzoek naar het tankstation van de toekomst waarin het zelfs nog verder dan 2035 kijkt. Om de boot niet te missen, zullen de exploitanten van tankstations echter heel snel goede strategische keuzes moeten maken.

Vorig artikelLucid Motors streeft bij de Air naar de allerhoogste efficiency
Volgend artikelElektrische Maserati klinkt als een V8. Column Werner Budding

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in