Stellantis presenteert brandstofcelaandrijving voor bestelwagens

Stellantis brandstofcelaandrijving bestelwagens

Stellantis, het grote autoconcern dat is ontstaan uit de fusie van PSA en Fiat Chrysler, presenteerde een brandstofcelaandrijving voor lichte bestelwagens. Deze kan naar eigen zeggen eenvoudig in bestaande voertuigarchitecturen worden geïntegreerd.

Met dit aandrijvingsconcept wil Stellantis de bestaande leemtes in de toepassing van lichte bedrijfsvoertuigen opvullen. Het wil tegelijk ook het verminderen van de CO2-uitstoot helpen verminderen. Met de gepresenteerde aandrijving kunnen voertuigen worden gebouwd die – net BEV’s – geen lokale emissies produceren. In tegenstelling tot een BEV heeft de brandstofcelaandrijving een actieradius die vergelijkbaar is met die van conventioneel aangedreven voertuigen. Bovendien kan er in slechts ongeveer drie minuten snel worden bijgetankt.

Brandstofcel als range-extender

Gezien de vereisten inzake grote actieradius en snel tanken, kunnen niet alle toepassingen van lichte bedrijfsvoertuigen worden afgedekt door een batterij-elektrische aandrijving. Een “zuivere” brandstofcelaandrijving die aan deze eisen zou voldoen, is in deze voertuigcategorie echter nauwelijks economisch haalbaar wegens ruimtebeperkingen. De door Stellantis voorgestelde “Mid-Power Architecture” werkt min of meer als een range-extender. Hij biedt daardoor een actieradius van ten minste 400 km volgens de WLTP-meetmethode. Tegelijk zijn er geen compromissen nodig op het vlak van ruimtebenutting en laadvermogen.

Als basisvoertuig dient een lichte bedrijfswagen, zoals die door verschillende Stellantis-ondernemingen wordt aangeboden. De Peugeot Expert, de naam Citroen Jumpy of de Opel Vivaro. Hiervoor ontwikkelden de Stellaris ingenieurs een concept dat compatibel is met de ruimte-indeling in de elektrische versie van deze voertuigen: de waterstoftanks van 700 bar bevinden zich op de plaats waar zich in een BEV de nodige grote batterijen bevinden – onder de vloer van het voertuig. Ze worden bijgevuld via een speciale vulopening. Die bevindt zich op dezelfde plaats als bij de conventionele versie van het voertuig.

De kleinere accu’s, die ook noodzakelijk zijn voor een brandstofcelvoertuig, zijn onder de stoelen gemonteerd. De brandstofcelstack bevindt zich samen met de bijbehorende regelelektronica in de motorruimte. Daar is ruimte genoeg. De verbrandingsmotor is immers niet meer nodig. Deze is vervangen door een veel compactere elektrische aandrijving.

Samen met Faurecia en Symbio

De accu’s komen uit het PHEV-programma van Stellantis. De Stellantis-bedrijven PSA en Opel werkten samen aan de ontwikkeling; leveranciers Faurecia en Symbio leveren het waterstofopslagsysteem (drie tanks, samen 120 liter) en de brandstofcelstack. De aandrijflijn werd ontwikkeld in Stellantis’ wereldwijde Center of Competence Hydrogen & Fuel Cells in Rüsselsheim, Duitsland. De assemblage gebeurt in de Opel Special Vehicles (OSV)-fabriek, die eveneens in Rüsselsheim is gevestigd. De productie zal voor het einde van dit jaar van start gaan, verklaarde Carla Gohin, Vice President Research and Innovation van Groupe PSA, tijdens een virtuele persconferentie.

Uitdagingen

Om de waterstof-brandstofcelaandrijving economisch levensvatbaar te maken, zijn er nog vier uitdagingen, legde Gohin uit: Grootschalige productie van groene waterstof tegen haalbare kosten; Europa-brede netwerken van tankstations; integratie van brandstofcelsystemen in voertuigplatforms (zoals wordt aangetoond met het onderhavige aandrijfsysteem), en kostenverlaging door schaalvoordelen.

Vorig artikelBAK Battery gaat ook 4680-accucellen maken
Volgend artikelGenesis X Concept zet de toon voor toekomstige line-up

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in