Stellantis start in Frankrijk een officieel retrofitprogramma in samenwerking met Qinomic. Middelgrote bestelwagens als de Vivaro en Jumpy worden elektrisch met originele onderdelen, zonder verlies van hun kenteken en de oude motoronderdelen gaan retour voor revisie. Een mooi staaltje van grootschalige circulaire strategie.
Samenwerking met retrofit-specialist Qinomic
Waar retrofitprojecten tot nu toe vooral het domein waren van kleine bedrijven of gespecialiseerde ombouwers, maakt Stellantis er nu een industriële aangelegenheid van. In samenwerking met het Franse Qinomic introduceert de fabrikant in Frankrijk een gecertificeerde retrofit-oplossing voor vier middelgrote bestelwagens: de Opel Vivaro, Citroën Jumpy, Peugeot Expert en Fiat Scudo.
Met originele onderdelen, behoud van het originele kenteken en een sluitende retourlogistiek van uitbouwonderdelen, markeert dit initiatief een nieuwe fase in de elektrificatie van het Europese bedrijfswagenpark.
De elektrische aandrijflijn bestaat uit componenten die ook al in de bestaande EV-varianten van deze modellen worden gebruikt. Het accupakket wordt onder de vloer gemonteerd, de elektromotor en vermogenselektronica vervangen de volledige diesel-aandrijflijn. Daardoor blijft de laadruimte behouden, en komt het rijbereik uit op een vergelijkbaar niveau: tussen de 230 en 280 kilometer, afhankelijk van uitvoering en gebruiksprofiel.
Wel 200 onderdelen per voertuig
De retrofit omvat een systematische vervanging van meer dan tweehonderd onderdelen. Niet alleen de motor en versnellingsbak, maar ook brandstoftank, uitlaatsysteem, ECU en thermische systemen worden verwijderd. Daarvoor in de plaats komt een volledige elektrische aandrijflijn inclusief aandrijfassen, accubeheersysteem, laadaansluitingen en aangepaste software.
Qinomic voert de inbouw uit bij gecertificeerde partners in Frankrijk. De gebruikte componenten zijn direct afkomstig van Stellantis en voldoen aan de standaarden voor nieuwbouw-EV’s van het concern. Daarmee wijkt deze retrofit fundamenteel af van eerdere, op maat gemaakte of handmatig aangepaste retrofitprojecten: het is seriematig voorbereid, technisch gevalideerd en bedoeld voor bredere uitrol.
Homologatie zonder herregistratie
Een belangrijk voordeel van het programma is dat het originele kenteken van het voertuig behouden blijft. In Frankrijk althans. Dankzij de homologatie volgens Franse RDW-equivalenten hoeft de bestelwagen na retrofit niet opnieuw geregistreerd te worden. Voor fleetowners betekent dit: geen administratieve vertraging, geen fiscale herkeuring, en directe inzetbaarheid van het omgebouwde voertuig.
Voor veel organisaties zoals gemeenten, aannemers en logistieke dienstverleners is dit een belangrijk aspect. Zeker bij voertuigen met een kostbare maatwerkopbouw, inrichting of belettering is vervanging vaak onpraktisch en kostbaar. De retrofit maakt het mogelijk om die voertuigen emissievrij te maken zonder vervangingsinvestering of langdurige downtime.
Circulair gekoppeld aan SUSTAINera
De verwijderde dieselcomponenten verdwijnen niet op de schroothoop. Ze worden teruggekocht door Stellantis en verwerkt in de circulaire hub van SUSTAINera in Turijn. SUSTAINera is de circulaire divisie binnen Stellantis die onder meer remanufacturing, onderdelenrevisie en afvalreductie integreert in het bredere productie- en onderhoudsproces.
Afhankelijk van de slijtage en kilometrage worden de retour genomen onderdelen gereviseerd, hergebruikt of gerecycled. Hiermee wordt de retrofit niet alleen technisch en economisch aantrekkelijk. Met dit project wordt voor het eerst een volledige technische retourstroom gekoppeld aan een retrofittraject.
Voorlopig alleen Frankrijk
Vooralsnog is de retrofit alleen beschikbaar op de Franse markt. Stellantis en Qinomic werken daar met nationale goedkeuringen en partners. Toch lijkt een bredere uitrol voor de hand te liggen. De voertuigen zijn in heel Europa actief, en het feit dat het persbericht ook in het Nederlands is verspreid, wijst op serieuze interesse in bredere toepassing.
Voor fleetbeheerders die hun bestelwagens niet willen vervangen, maar wel moeten verduurzamen, is dit een potentieel schaalbare oplossing. En voor Stellantis zelf is het een manier om elektrificatie, circulariteit en aftersales strategisch met elkaar te verbinden.
