Het recept van de Born is zo simpel als wat, en toch maakt het van de eerste volledig elektrische Cupra iets eigentijds. Een rij-impressie door Werner Budding.
Badge engineering
De ingrediënten van dat recept zijn als volgt: een Volkswagen ID.3, een verbeterd onderstel, veredeling van de detaillering, beter meubilair en een uiterlijk dat meer dominantie wil uitstralen. En dat allemaal voor een prijs die de aanschafkosten van een vergelijkbare ID.3 nauwelijks ontstijgt.
Maar hoe is dit nou zo allemaal gekomen? Want waarom mag Cupra niet net als Audi (Q4) en Skoda (Enyaq) een eigen interpretatie van een elektrische auto bouwen op basis van het MEB-platform. Nou, da’s simpel, Cupra heeft daar de ‘muntjes’ niet voor, en evenmin voldoende afzetmarkt om zo’n eigen concept rendabel te maken. En dus hebben de mannen bij Cupra, dus bij Seat, in het Spaanse Martorell lekker aan de ID.3 kunnen schaven en tunen.
En nou is doorgaans een badge engineering product, oftewel, een bestaand model met een nieuw label niet vreselijk succesvol. Denk aan de Seat Exeo (2009), hetgeen feitelijk een overjarige Audi A4 was. Zo zijn er legio voorbeelden van matig uitgevoerde ‘relabel’ modellen.
Onderscheidend
Maar het onderscheidende karakter van de Born is dusdanig dat Cupra heus een eigen publiek kan trekken. Overigens had de Born eigenlijk El Born geheten, naar de hippe wijk in Barcelona, maar de marketeers besloten anders. Laten we het uiterlijk er even bij halen. Een sterk aflopende neus, gemeen kijken koplampunits en een brons gespoten dikke ‘onderlip’ geven de Born werkelijk iets van dominantie. Passend inderdaad bij het hippe, potentievolle merk Cupra, dat performance moet uitstralen. In Nederland is het Cupra-imago overigens meer een mix van performance en efficiëntie. Oftewel, elektrisch of hybride, maar dan wel overgoten met een jus van rijplezier. Buiten Nederland kun je een Cupra aanschaffen waar een vette vijfcilinder turbomachine in hangt, van Audi. Maar die levert Cupra niet in het door BPM-boetes geteisterde Nederland.
E-Boost Performance
Binnenin zien we alle componenten zoals die ook in een ID.3 aanwezig zijn, maar dan voorzien van bronskleurige afwerking. Zelfs de graphics in het multimediasysteem zijn in Cupra-sfeer uitgevoerd. Daarbij zit je achter het stuur op lekker sportieve stoelen. Vanaf komend jaar kun je opteren voor meer vermogen, middels het zogenaamde E-Boost Performance pakket. Dan gaat het vermogen van 204 naar 231 pk. Je krijgt die hoeveelheid extra vermogen door op een ‘boost-knop’ te drukken, op het stuur. Maar niet langer dan een halve minuut, als althans het accupakket een temperatuur heeft van tussen de 20 en 30 graden en als die accu voor meer dan de helft is gevuld. Cupra levert de Born met een 45, 58 of 77 kWh accu.
ESP niet echt uit te schakelen
Beetje gek wel dat Cupra roept dat het stabiliteitssysteem (ESP) volledig uitschakelbaar is, doch toen wij dat deden en vervolgens probeerden de Born lekker ‘dwars’ een bocht door te sturen, zat de elektronica ons flink in de weg. Het ESP kan een beetje uit, niet helemaal dus. Kies je voor een Born met 20 inch wielen, dan krijg je daar Michelin Pilot Sports omheen. Bijzondere lekkere banden. De Cupra stuurt er mooi scherp mee in. Waarbij er geen aandrijfkrachten in het stuurwiel voelbaar zijn, met dank aan de achterwielaandrijving. Je kunt de Born zowaar ‘een beetje zetten’, om een lekker sportief rijgedrag te creëren.
Rijplezier
Doordat de Born vóór zo’n 15 millimeter lager staat dan de ID.3 (achter 10 mm) is er werkelijk een ander, sportievere, rijbeleving ontstaan. En precies dat is wat een Cupra moet zijn; rijplezier bieden. Deze Cupra Born bewijst dat je wel degelijk rijplezier kunt hebben met een elektrische auto. En dat de Born (36.990,- euro) nauwelijks meer kost dan een vergelijkbare Volkswagen ID.3, zou voor ons, bij e-Drivers.com, de keus simpel maken. Je levert namelijk niets in qua comfort.
